085-0668825 (dagelijks 8.00 - 22.00u)

 

Advocaat gespecialiseerd in verkeersongevallen

Geplaatst op: 30 juli 2013

Wanneer u betrokken raakt bij een verkeersongeval is dat al vervelend, maar het is extra vervelend wanneer u door de politie ook nog eens als verdachte wordt aangemerkt. Wanneer u als verdachte moet worden gehoord of wanneer u een dagvaarding hebt ontvangen om voor de rechter te verschijnen, is het erg belangrijk dat u wordt bijgestaan door een advocaat die gespecialiseerd in verkeersongevallen.


Gevolgen verkeersongeval

De gevolgen van een verkeersongeval kunnen groot zijn. Zeker bij ernstige verkeersongevallen, kunnen de straffen oplopen tot een onvoorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid, en zelfs tot gevangenisstraffen. 

U kunt echter alleen worden veroordeeld wanneer u schuld hebt aan het verkeersongeval. De rechter moet dan op basis van de bewijsmiddelen kunnen vaststellen dat u een aanmerkelijk verwijt valt te maken ten aanzien van het onstaan van het ongeval. De rechter beoordeelt dit op grond van een rapport van de verkeersongevallenanalyse, getuigenverklaringen, uw eigen verklaring, en eventuele overige bewijzen. 

Uit ervaring kunnen wij zeggen dat er soms te gemakkelijk wordt aangenomen dat de verdachte schuld heeft aan het ongeval. Te snel wordt vertrouwd op de juistheid van de rapportages van de verkeersongevallenanalyse en de verklaringen van getuigen. Het is belangrijk dat u zich niet hierbij neerlegd, maar vecht tegen de verdenking. 

Advocaat verkeersongevallen

En u staat hierin niet alleen! Het is belangrijk dat u hierbij wordt bijgestaan door een in verkeersongevallen gespecialiseerde advocaat die weet waar het om gaat, die de bewijsmiddelen op juistheid kan beoordelen, die getuigen gaat horen, en die zelf ook nauwe contacten heeft met onderzoeksbureaus voor het verrichten van een tegenonderzoek. 
Niet iedere strafrechtadvocaat is in staat om u een goede verdediging te bieden. Het verkeersstrafrecht is een specialistisch rechtsterrein, dat vraagt om de bijstand door een gespecialiseerd advocaat. Wanneer u besluit om uw zaak bij ons aan te melden, brengen wij u in contact met een in verkeersongevallen gespecialiseerde advocaat die zal vechten voor uw zaak.

> Meer informatie rechtsbijstand bij verkeersongevallen


Disclaimer

Geplaatst op: 18 juli 2013

Rijbewijsinbeslaggenomen.nl is een handelsnaam van StrafrechtadvocatenNetwerk.nl

StrafrechtadvocatenNetwerk.nl besteedt de grootst mogelijke zorg aan de juistheid en actualiteit van de gegevens op deze website. Onjuistheden en onvolledigheden kunnen echter voorkomen.

Ondanks de constante zorg en aandacht die wij aan de samenstelling van deze website besteden, is het mogelijk dat de informatie die hier wordt gepubliceerd onvolledig of onjuist is. StrafrechtadvocatenNetwerk.nl aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele onjuistheden en/of onvolledigheden in de inhoud van de website en de daarop/daardoor verstrekte informatie.

De informatie die op de website wordt aangeboden vormt geen advies. Aan de op de website geplaatste content kunnen geen rechten worden ontleend.


Links

Geplaatst op: 18 juni 2013

StrafrechtadvocatenNetwerk.nl

StrafrechtadvocatenNetwerk.nl is een landelijk netwerk van gespecialiseerde advocaten. De bij ons aangesloten advocaten hebben allen ruime ervaring en deskundigheid op het gebied van het (verkeers)strafrecht en de CBR-procedure. Zodoende bent u altijd verzekerd van gespecialiseerde rechtsbijstand bij u in de buurt. Er maken verschillende websites deel uit van het netwerk. Via deze websites bieden wij per onderwerp juridische informatie aan. Indien u gespecialiseerde rechtsbijstand nodig hebt, kunt u via een van onze websites uw zaak bij ons aanmelden.

Informatiebrochure-politieverhoor.nl

Wordt u binnenkort door de politie verhoord? Bestel dan een van onze uitgebreide informatiebrochure ter voorbereiding op het politieverhoor. U kunt de algemene informatiebrochure bestellen waarin uitgebreid wordt uitgelegd hoe het verhoor werkt, welke verhoormethoden de politie hanteert en welke verdedigingsstrategie het beste is. Daarnaast biedt de website ook een informatiebrochure per strafbaar feit waarin specifiek het juridisch kader en de te voeren verweren voor dat feit worden besproken. Met de informatiebrochure staat u een stuk sterker.

Politie-verhoor.nl

Algemene website waarop beknopt de basisinformatie wordt geboden ter voorbereiding op het verhoor bij de politie. De website is niet uitgebreid! Wilt u zich goed voorbereiden op het verhoor bij de politie, bestel dan de informatiebrochure via de link naar informatiebrochure-politieverhoor.nl.

Schadevergoedingnavrijspraak.nl

Via deze website kunt u als gewezen verdachte na sepot, ontslag van rechtsvervolging of vrijspraak u aanmelden om schadevergoeding te vorderen vanwege onterechte detentie, gederfde inkomsten, reis- en verblijfskosten ivm de zitting(en) en kosten van rechtsbijstand.

Rijbewijsinbeslaggenomen.nl

Via deze website kunt u uw zaak aanmelden wanneer uw rijbewijs door justitie in beslag is genomen wegens rijden onder invloed of te hard rijden. Wij verwijzen u door naar een bij ons netwerk aangesloten gespecialiseerde advocaat die voor u al he mogelijke zal doen om uw rijbewijs terug te krijgen.

Rijbewijsongeldigverklaard.nl

Via deze website kunt u uw zaak aanmelden wanneer u te maken krijgt met de vorderingsprocedure van het CBR. Bijv. omdat er een EMA, alcoholslot of onderzoek naar de rijgeschiktheid door het CBR is opgelegd. Wij bekijken voor u de mogelijkheden om bezwaar en beroep in te stellen, en uw rijbewijs terug te krijgen voor zover die ongeldig is verklaard.

CBR-advocaat.nl

Deze website is bedoeld voor iedereen die op zoek is naar een gespecialiseerde CBR-advocaat. De website bevat veel informatie over de CBR-procedure en alles dat u daarvan kunt verwachten. Wanneer u uw zaak aanmeldt via de website, brengen wij direct in contact met een gespecialiseerde CBR-advocaat.

Onderzoeknaarderijgeschiktheid.nl

Op deze website bieden wij een uitgebreide informatiebrochure aan, waarmee u zich volledig kunt voorbereiden op het CBR onderzoek naar de rijgeschiktheid. In de informatiebrochure staat precies beschreven wat het onderzoek naar de rijgeschiktheid inhoudt, wat u kunt verwachten, welke vragen er gesteld zullen worden, en met name ook met welke bedoeling die vragen worden gesteld. Door uzelf goed voor te bereiden voorkomt u dat u ten onrechte door de psychiater van het CBR als alcoholist wordt aangemerkt en uw rijbewijs voor minimaal een jaar kwijt raakt.

EigenverklaringsprocedureCBR.nl

Cliënten krijgen onder andere met de eigen verklaringsprocedure van het CBR te maken wanneer hun rijbewijs eerder ongeldig is verklaard, bijvoorbeeld wegens alcohol- of drugsmisbruik. Via een eigen verklaring, en een nieuw onderzoek kunnen zij dan na een jaar hun rijbewijs weer terugkrijgen mits ze tijdens het onderzoek bij de psychiater worden goedgekeurd. Om onze cliënten voor te bereiden op dit onderzoek, dat weer net even iets anders is dan het onderzoek naar de rijgeschiktheid, hebben wij voor de eigen verklaringsprocedure een aparte informatiebrochure opgesteld die via de website kan worden besteld.

VOG-advocaat.nl

Op deze website kunt u alle informatie vinden die van belang is voor de aanvraag en het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag. Heeft u bericht ontvangen van het COVOG dat zij voornemens zijn om de VOG af te geven? Meld uw zaak dan bij ons aan. Wij zullen hiertegen een zienswijze, en desnoods bezwaar en beroep indienen tegen de beslissing van het COVOG. U kunt uw zaak via de website aanmelden.

Straatverbod-contactverbod.nl

Deze website richt zich zowel op personen die structureel worden lastiggevallen door een ander, en om die reden een straat- en contactverbod willen vorderen, als op degene die van dat lastigvallen worden beschuldigd en zich tegen dit verwijt willen verdedigen. Op de website staat veel informatie over het straat- en contactverbod. Ook kunt u uw zaak via de website aanmelden. Wij brengen u dan in contact met een gespecialiseerde advocaat die u zal bijstaan.

Zedenadvocaat.nl

De rechtsbijstand terzake zedendelicten is een specialisme binnen het strafrecht. Niet alle strafrechtadvocaten staan cliënten bij die verdacht worden een zedendelict. Het vergt ook speciale kennis en ervaring van de advocaten. Op de website zedenadvocaat.nl vindt u alle informatie over de verschillende zedendelicten ter zake waarvan onze advocaten rechtsbijstand verlenen. Via de het aanmeldingsformulier op de website kunnen cliënten hun zaak aanmelden. Wij brengen hen dan in contact met een gespecialiseerde advocaat.

Gijzelingsadvocaat.nl

Bent u of een familielid, kennis of vriend gegijzeld wegens openstaande boetes van het CJIB? Onze gespecialiseerde gijzelingsadvocaten kunnen via een kort geding vaak de persoon weer snel vrij krijgen. Gijzeling is namelijk niet toegestaan wanneer het duidelijk is dat de persoon niet over voldoende middelen beschikt om een boete te kunnen betalen.

Prodeoadvocaatstrafrecht.nl

De website prodeoadvocaatstrafrecht.nl biedt alle informatie over wanneer een rechtzoekende recht heeft op een pro deo advocaat voor strafzaken. Er wordt uitleg gegeven over de wettelijke inkomens- en vermogensgrenzen, de gevallen waarbij u in aanmerking kunt komen voor een pro deo advocaat, en over de wijze waarop de toevoeging wordt verkregen.

Hennepadvocaat-hennepkwekerij.nl

Is er bij u in de woning een hennepkwekerij ontdekt, of wordt u anderszins verdacht van het telen van hennep, dan is het verstandig om zo spoedig mogelijk een gespecialiseerde hennepadvocaat in te schakelen. De bij ons netwerk aangesloten hennepadvocaten zijn echte specialisten. Zij kunnen u niet alleen bijstaan in verband met de strafzaak, maar ook alle aanverwante zaken. Zij houden het overzicht, en weten altijd wat u het beste kunt verklaren om zo min mogelijk straf of een zo laag mogelijke ontnemingsvordering te krijgen.

Advocaat-verkeersstrafrecht.nl

Het verkeersstrafrecht wordt steeds meer een specialisme binnen het strafrecht. Verdachten krijgen met het verkeersstrafrecht te maken bij o.a. rijden onder invloed, ernstige verkeersongevallen met schuld, verlaten plaats ongeval, gevaarlijk rijgedrag, en rijden tijdens een rijontzegging. Het is voor u belangrijk dat u dan echt wordt bijgestaan door een gespecialiseerde strafrechtadvocaat die precies weet wat er speelt, en welke verweren hij moet voeren om een vrijspraak of in ieder geval zo min mogelijk straf te krijgen. Het behoudt van uw rijbewijs staat daarbij altijd voorop!

ProdeoadvocaatTilburg.nl

Bent u op zoek naar een goede pro deo advocaat in Tilburg en omstreken? Meld dan uw zaak aan via de website, en wij brengen u in contact met een gespecialiseerde pro deo advocaat.

Bijstandsuitkeringadvocaat.nl 

Omdat veel van onze strafrechtelijke clienten ook vaak een geschil hebben met de gemeente over de bijstandsuitkering, hebben een aantal kantoren zich mede gespecialiseerd in het verlenen van rechtsbijstand aan clienten in bijstandszaken (Wet werk en bijstand). Op Bijstandsuitkeringadvocaat vindt u alle informatie over bijstandsuitkeringen, en kunt u uw zaak aanmelden voor deskundige rechtsbijstand van een gespecialiseerde advocaat.

—————————————————————————————————————————

LINKPARTNERS

Wij bevelen u de volgende websites van onze linkpartners aan:

Advocatenstart.nl

Advocatenstart.nl is de startpagina voor de advocatuur, en bevat het meest actuele juridische nieuws, literatuur, een overzicht van de opleidingen en cursussen voor advocaten, publicaties, en meer dan 3500 juridische links.

Juridischkennisportaal.nl

Het Juridisch Kennisportaal is een online juridische databank, vergelijkbaar met Wikipedia. Het portaal bevat informatie, documenten, publicaties, jurisprudentie en wet- en regelgeving, met betrekking tot vrijwel alle rechtsgebieden. De informatie is per rechtsgebied en onderwerp overzichtelijk ingedeeld, zodat het voor gebruikers altijd snel is te vinden.

Advocatenkantoorstarten.nl

Advocaten die plannen hebben om op korte termijn een eigen advocatenkantoor te starten moeten eens kijken op Advocatenkantoorstarten.nl. Deze website biedt alles voor de startende advocaat, van een kantoorhandboek tot een goede marketingstrategie. Alles wat een advocaat nodig heeft voor de start en uitvoering van zijn praktijk vindt u hier.

Advosys

Advosys is een online CRM softwarepakket voor de advocatuur. Het is het meest complete, efficiënte en gebruiksvriendelijke pakket dat er op dit moment bestaat. Het softwarepakket is zo ontworpen dat een handeling direct wordt doorgevoerd in alle andere modules. Is er een factuur aangemaakt of een betaling ontvangen, dan wordt dit automatisch in de boekhouding verwerkt. Debiteurenbeheer is een stuk gemakkelijker geworden door het vereenvoudigd versturen van herinneringen en aanmaningen. En de toevoegingsaanvraag verloopt volledig geautomatiseerd op basis van de gegevens uit de relatiemodule. Aan alles is gedacht. Advosys is verkrijgbaar als online en als lokaal pakket voor op uw server.


Rijbewijs afgepakt na alcohol

Geplaatst op: 11 februari 2013

Wanneer u gepakt wordt wegens het rijden onder invloed van alcohol, loopt u het risico dat uw rijbewijs wordt afgepakt door de politie. Of de politie uw rijbewijs werkelijk afpakt, is afhankelijk van de hoogte van het ademalcoholgehalte of bloedalcoholgehalte is vastgesteld. Het rijbewijs wordt niet zomaar afgepakt wegens rijden onder invloed van alcohol. Uw rijbewijs wordt pas afgepakt wanneer u ongeveer 2,5x de toegestane hoeveelheid alcohol drinkt. Bij beginnend bestuurders wordt het rijbewijs afgepakt bij een lager alcoholgehalte; ongeveer 1,5x de toegestane hoeveelheid.


Wanneer rijbewijs afgepakt wegens alcohol?

In de wet staat precies beschreven in welke gevallen het rijbewijs kan worden afgepakt na rijden onder invloed. De wet maak hierin onderscheid tussen beginnend bestuurders, en bestuurders die al meer dan 5 jaar een rijbewijs hebben. Bij beginnend bestuurders kan het rijbewijs al worden afgepakt een ademalcoholgehalte van 350 µg/l, oftewel een bloedalcoholgehalte 0,8‰; Bij ervaren bestuurders kan het rijbewijs worden afgepakt bij een ademalcoholgehalte van 570 µg/l, oftewel een bloedalcoholgehalte 1,3 ‰.

> Meer informatie regels rijbewijs kwijt na alcohol

Rijbewijs afgepakt; wat nu?

Wanneer de politie uw rijbewijs heeft afgepakt wegens rijden onder invloed van alcohol, bent u het in ieder geval de eerste 10 dagen kwijt. Deze termijn zal de officier van justitie gebruiken om te beslissen hoe lang u uw rijbewijs zal inhouden. U kunt de beslissing van de officier van justitie proberen te beinvloeden door een brief aan de officier van justitie toe te sturen. U kunt ook direct al een klaagschrift bij de rechtbank indienen om uw rijbewijs terug te vragen.

> Zelf brief aan officier van justitie sturen
> Voorbeeldbrief officier van justitie
> Klaagschrift na ingevorderd rijbewijs

Rechtsbijstand gespecialiseerde advocaat

Wanneer uw rijbewijs is afgepakt, wilt u deze uiteraard zo spoedig mogelijk terug. U kunt zelf een brief sturen aan de officier van justitie, waarin u vraagt om teruggave van het rijbewijs, en (later) kunt u zelf een klaagschrift indienen na inhouding van het rijbewijs, maar als het rijbewijs echt belangrijk voor u is, doet u er verstandig aan om u te laten bijstaan door een gespecialiseerde advocaat. De advocaat kan namens u een brief sturen en/of een klaagschrift indienen bij de rechtbank om het afgepakte rijbewijs terug te krijgen.

Wanneer u uw zaak bij ons aanmeldt, brengen wij u direct in contact met een gespecialiseerde strafrechtadvocaat bij u in de regio. Wij werken samen met verschillende advocaten in heel Nederland, die wij zorgvuldig hebben geselecteerd op kennis, ervaring, en aanpak.

> Advocaat nodig na ingevorderd rijbewijs
> Werkwijze advocaten


Procedure rijbewijs terug na drugs

Geplaatst op: 19 december 2012

De procedure om uw rijbewijs terug te krijgen na rijden onder invloed van drugs, verloopt hetzelfde als na gebruik van alcohol.

Na invordering wordt het rijbewijs doorgestuurd naar de officier van justitie in het arrondissement waar u bent aangehouden. De officier van justitie moet binnen 10 dagen beslissen wat er met het rijbewijs gebeurt. Het rijbewijs kan voor 6 maanden worden ingehouden of moet aan u worden teruggegeven.

Soms is het mogelijk om de beslissing van de officier van justitie te beïnvloeden door nog binnen die termijn van 10 dagen een brief aan het CVOM te sturen. De toegewezen advocaat zal dit – in overleg met u – zo spoedig mogelijk doen. Ondertussen worden alvast voorbereidingen getroffen voor het opstellen van een klaagschrift voor het geval de officier van justitie besluit tot inhouding van het rijbewijs. Ook zullen de advocaat het proces-verbaal opvragen bij justitie zodat direct kan worden nagaan of aan alle voorschriften is voldaan.

Wanneer de officier van justitie inderdaad besluit om uw rijbewijs in te houden, kan de advocaat op korte termijn het klaagschrift indienen bij de rechtbank. Hierdoor gaat geen kostbare tijd verloren zodat u nog sneller over uw rijbewijs kunt beschikken.

Vrij snel na de indiening van het klaagschrift ontvangt u een oproeping voor een zitting bij de rechtbank. Tijdens die zitting zal het klaagschrift worden behandeld en zal worden beoordeeld of u uw rijbewijs terug zult krijgen. Met name uw persoonlijke omstandigheden kunnen hier van doorslaggevend belang zijn. Heeft u uw rijbewijs nodig voor uw werk, medische redenen of spelen er andere zwaarwegende omstandigheden, meld dit dan altijd aan de advocaat.


Slechts eenmaal mogelijkheid indienen bezwaarschrift tegen inhouding rijbewijs

Geplaatst op: 12 augustus 2012

Het gesloten stelsel van rechtsmiddelen brengt mee dat in het algemeen niet meer dan één keer kan worden geklaagd over de inhouding van een rijbewijs als bedoeld in artikel 164 van de Wegenverkeerswet 1994. Slechts door het aanwenden van een hogere voorziening kan de rechterlijke beslissing worden aangetast.


Wanneer u het niet eens bent met de beslissing van de rechtbank om het klaagschrift ongegrond te verklaren, kunt u tegen deze beslissing beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad. In de praktijk wordt dit nauwelijks gedaan omdat de cassatieprocedure al gauw enkele maanden tot jaren kan duren, en dat de betrokkene in de tussengelegen periode automatisch, na het verstrijken van de maximale termijn voor de inhouding van 6 maanden, het rijbewijs terugkrijgt, tenzij hij eerder een ontzegging van de rijbevoegdheid voor langere duur opgelegd heeft gekregen door de rechter of in het kader van een strafbeschikking.

Er geldt echter een uitzondering op dit gesloten stelsel van rechtsmiddelen. Wanneer er sprake is van nieuwe, bijzondere omstandigheden, die ten tijde van de vorige beslissing niet bekend waren en waarover dus ook niet is beslist, bestaat de mogelijkheid om een tweede klaagschrift in te dienen. Dit volgt uit een uitspraak van de rechtbank Leeuwarden van 14 maart 2007, LJN BA0968. 

In deze zaak was de eerder uitgebrachte dagvaarding door de Officier van Justitie ingetrokken, waardoor de verdachte nog langer zou moeten wachten op zijn rijbewijs. De rechtbank overwoog daarom:

“Nu klager blijkens het klaagschrift en de daarop ter terechtzitting gegeven toelichting als nieuw argument heeft aangevoerd dat de dagvaarding van klager tegen de zitting van de politierechter in deze rechtbank van 23 februari 2007 is ingetrokken en het voor hem bezwaarlijk is zijn rijbewijs te missen tot de nieuwe zittingsdatum, acht de rechtbank klager ontvankelijk in zijn klaagschrift.

De rechtbank zal uitsluitend het nieuwe argument in haar beoordeling betrekken, omdat het gezag van de eerdere, thans onherroepelijke, beslissing van 17 januari 2007 moet worden gerespecteerd.”

Helaas voor de betrokken bestuurder mocht deze tweede kans hem ook niet baten. Het klaagschrift werd opnieuw ongegrond verklaard. Volgens de rechtbank wogen zijn belangen bij het terugkrijgen van het rijbewijs niet zwaarder dan het algemeen belang van de verkeersveiligheid. Juist daarom is het belangrijk dat altijd goed wordt gemotiveerd en onderbouwd waarom de betrokkene niet zonder zijn rijbewijs kan.

Opmerkelijk in de uitspraak is dat de rechtbank de inhouding voor 8 maanden accepteerde, terwijl de in de wet genoemde maximale termijn 6 maanden bedraagt. Indien de strafzaak niet voor die tijd op zitting heeft gediend, moet het rijbewijs worden teruggegeven.


Alleen Officier van Justitie bevoegd tot inhouding rijbewijs

Geplaatst op: 08 augustus 2012

De wet schrijft voor dat de beslissing tot inhouding door een Officier van Justitie moet worden genomen. Het is in de praktijk niet altijd even duidelijk of dat ook werkelijk gebeurd.
Sinds de centralisering van de verwerking en afhandeling van ingevorderde rijbewijzen door deze zaken bij de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie (CVOM) onder te brengen, is het moeilijk om te zien wie nu uiteindelijk de beslissing tot inhouding van het rijbewijs heeft genomen. Het is daarom belangrijk dat bij twijfel hierover altijd verweer wordt gevoerd.


In dit verband is van belang de uitspraak van de Hoge Raad van 23 september 2003, LJN AG3621. In deze zaak had de rechtbank het bezwaarschrift tegen de inhouding van het rijbewijs gegrond verklaard omdat deze beslissing was genomen door een parket-secretaris en niet door een Officier van Justitie. De rechtbank overwoog:


“Uit de stukken blijkt dat zich in het jegens klager opgemaakte proces-verbaal een beslissing van het openbaar ministerie bevindt tot verdere inhouding van het rijbewijs voorzien van een handtekening van parketsecretaris dhr. Dragt, derhalve niet van een officier van justitie.
Blijkens artikel 164 lid 4 van de Wegenverkeerswet 1994 wordt de bevoegdheid tot inhouding opgedragen aan de officier van justitie. Deze dient te beoordelen of er feiten en omstandigheden zijn op grond waarvan ernstig rekening moet worden gehouden met de mogelijkheid dat de bestuurder van wie het rijbewijs is ingevorderd opnieuw een dergelijke overtreding zal begaan.”

De Hoge Raad volgde de rechtbank in dit oordeel, en oordeelde:

“3.3. Op grond van art. 164, vierde lid, WVW 1994 is de officier van justitie in de daar bedoelde gevallen bevoegd ingevorderde rijbewijzen onder zich te houden.
Aan het middel ligt de opvatting ten grondslag dat de officier van justitie de uitoefening van deze bevoegdheid kan mandateren aan een parketsecretaris, dus aan een andere bij het parket werkzame ambtenaar in de zin van art. 126 RO.

3.4.1. Bij de beoordeling van het middel zijn de volgende wettelijke bepalingen van belang:
– Art. 126 RO:
“1. De uitoefening van een of meer bevoegdheden van de officier van justitie, de officier enkelvoudige zittingen of de advocaat-generaal kan worden opgedragen aan een andere bij het parket werkzame ambtenaar voor zover het hoofd van het parket daarmee heeft ingestemd.
2. De opgedragen bevoegdheid wordt in naam en onder verantwoordelijkheid van de officier van justitie, de officier enkelvoudige zittingen, onderscheidenlijk de advocaat-generaal, uitgeoefend.
3. De uitoefening van een bevoegdheid als bedoeld in het eerste lid, kan niet aan een andere bij het parket werkzame ambtenaar worden opgedragen indien de regeling waarop de bevoegdheid steunt of de aard van de bevoegdheid zich daartegen verzet. Daarvan is in elk geval sprake voor zover het gaat om het optreden ter terechtzitting in strafzaken en de toepassing van de dwangmiddelen als bedoeld in Titel IV van het Eerste Boek van het Wetboek van Strafvordering.
4. Bij algemene maatregel van bestuur worden omtrent de toepassing van dit artikel nadere regels gesteld.”
– Art. 2 van het in art. 126, vierde lid, RO bedoelde Besluit van 11 mei 1999, Stb. 197, houdende regels in verband met de reorganisatie van het openbaar ministerie en de instelling van het landelijk parket (Besluit reorganisatie openbaar ministerie en instelling landelijk parket):
“1. De officier van justitie draagt de uitoefening van een bevoegdheid niet op aan een andere bij het parket werkzame ambtenaar indien de bevoegdheid betrekking heeft op:
a. beslissingen tot vrijheidsontneming of tot voortzetting of beëindiging daarvan dan wel een vordering aan de rechter tot het nemen van een zodanige beslissing op grond van Titel IIB en Titel VIA van het Vierde Boek van het Wetboek van Strafvordering, alsmede op grond van Titel IIA en Titel VIIIA van het Eerste Boek van het Wetboek van Strafrecht;
b. beslissingen of vorderingen op grond van de Wet bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen, behoudens beslissingen ter zake van de artikelen 10, tweede lid, 66 en 67;
c. beslissingen of vorderingen op grond van de artikelen 14, eerste, derde tot en met vijfde lid, 15, eerste lid, 21, eerste, derde en vierde lid, 22, eerste lid, 25, tweede lid, 26, tweede lid, 27, eerste lid, 31, eerste lid, 37, 40, eerste en tweede lid, 44, derde lid, en 45, tweede lid, van de Uitleveringswet;
d. de vordering tot gijzeling op grond van artikel 28 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften;
e. beslissingen of vorderingen op grond van de artikelen 3, tweede lid, en 11, derde en vierde lid, van de Wet tot instelling van het Internationaal Tribunaal voor vervolging van personen aansprakelijk voor ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht op het grondgebied van het voormalige Joegoslavië 1991;
f. het bevel tot overbrenging op grond van artikel 25, alsmede een vordering tot verlenging van het arrest op grond van artikel 68, tweede lid, van de Wet militaire strafrechtspraak;
g. beslissingen of vorderingen op grond van de artikelen 9, eerste, derde tot en met vijfde lid, 10, eerste lid, 11, 29, eerste en vierde lid, en 32 van de Wet overdracht tenuitvoerlegging strafvonnissen;
h. de vordering tot instelling of heropening van een gerechtelijk vooronderzoek op grond van de artikelen 181, eerste lid, en 237, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering;
i. de instelling van hoger beroep op grond van de artikelen 404, 425, 446, eerste lid, en 509v, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering;
j. de instelling van cassatie op grond van de artikelen 427, eerste lid, en 446, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering;
k. de intrekking van hoger beroep of cassatie op grond van artikel 453, eerste lid, en 509v, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering;
l. het doen van verslag en het geven van een oordeel inzake een verzoek om gratie op grond van artikel 5, eerste lid, van de Gratiewet.
2. De advocaat-generaal draagt de uitoefening van een bevoegdheid niet op aan een andere bij het parket werkzame ambtenaar indien de bevoegdheid betrekking heeft op:
a. het doen van schriftelijk verslag op grond van artikel 12a, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering;
b. de instelling van cassatie op grond van de artikelen 427, eerste lid, en 446, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering; c. de intrekking van hoger beroep of cassatie op grond van artikel 453, eerste en tweede lid, en 509v, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering;
d. het doen van verslag en het geven van een oordeel inzake een verzoek om gratie op grond van artikel 5, eerste lid, van de Gratiewet.”

3.4.2. De Nota van Toelichting bij voormeld Besluit reorganisatie openbaar ministerie en instelling landelijk parket houdt met betrekking tot art. 2 onder meer het volgende in:
“Algemeen
Deze bepaling strekt tot uitvoering van het nieuwe artikel 126, vierde lid, Wet RO. Hierin wordt bepaald dat bij algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld omtrent mandaat van bevoegd-heden van de officier van justitie onderscheidenlijk de advocaat-generaal aan andere bij het parket werkzame ambtenaren. Wettelijke regeling is nodig omdat de niet-rechterlijke ambtenaren die bij het parket werkzaam zijn, niet ondergeschikt zijn aan de officier van justitie c.q. de advocaat-generaal (met uitzondering uiteraard van het hoofd van het parket waarbij zij zijn aangesteld). Hoofdregel krachtens het nieuwe artikel 126 Wet RO is dat mandaat aan dergelijke ambtenaren is toegestaan, tenzij bijzondere redenen zich daartegen verzetten. Dit laatste is blijkens het derde lid van die bepaling het geval als de regeling waarop de bevoegdheid steunt of de aard van de bevoegdheid zich tegen mandaatverlening verzet.
Op grond van deze algemene criteria zijn in het wetsvoorstel reeds twee gevallen genoemd waarin mandaat in ieder geval is uitgesloten: het optreden ter terechtzitting in strafzaken en de uitoefening van de dwangmiddelen, bedoeld in Titel IV van het Eerste Boek van het Wetboek van Strafvordering. Ter motivering van deze uitsluiting is in de toelichting op het wetsvoorstel (kamerstukken 1996/97, 25392, nr. 3, blz. 41) gesteld dat “uitoefening van die bevoegdheden is, mede gelet op de bijzondere relatie tussen de zittende en de staande magistratuur en het soms zeer ingrijpende karakter van die bevoegdheden, zo zeer verknocht aan de rechterlijke ambtenaren van het OM, dat aan het gezag van het OM afbreuk zou worden gedaan als mandatering daarvan zou zijn toegestaan”. Deze twee criteria – de bijzondere relatie tussen openbaar ministerie en zittende magistratuur en de ingrijpendheid van de bevoegdheid – vormen een uitwerking van de in het nieuwe artikel 126, derde lid, genoemde toetsingsmaatstaf. Mede naar aanleiding van het advies van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (NVvR) is er voor gekozen om bij algemene maatregel van bestuur ook voor de overige gevallen een nadere invulling te geven van het wettelijke kader.
In het onderhavige artikel is aangesloten bij de hiervoor weergegeven systematiek van het wetsvoorstel. Dit betekent dat uitgegaan wordt van de hoofdregel dat mandaat van bevoegdheden is toegestaan, behoudens een aantal in het artikel opgesomde categorieën van gevallen. Daarmee wordt tegemoet gekomen aan de in de praktijk levende behoefte om bevoegdheden op ruimere schaal te mandateren dan in vroegere tijden het geval was. Bij de keuze voor deze systematiek heeft echter steeds voorop gestaan dat ook voor gemandateerde bevoegdheden geldt dat zij in overeenstemming met de wet en de toepasselijke algemene rechtsbeginselen dienen te worden uitgeoefend. Het is de taak van de officier van justitie c.q. de advocaat-generaal die zijn bevoegdheden heeft gemandateerd, om erop toe te zien dat de kwaliteit van de bevoegdheidsuitoefening door medewerkers van het parket is gewaarborgd. De betreffende rechterlijke ambtenaar is en blijft staatsrechtelijk gezien het bevoegde orgaan en kan derhalve te allen tijde op de rechtmatigheid van de bevoegdheids-uitoefening worden aangesproken.
Het voorgaande betekent dat in veel gevallen niet zonder nadere instructies aan parketmedewerkers mag worden gemandateerd. Het zal in het algemeen nodig zijn richtlijnen te geven omtrent de wijze waarop de bevoegdheid moet worden uitgeoefend. Een treffend voorbeeld is te vinden in een recent arrest van de Hoge Raad d.d. 1 juli 1997 (nr. 106566, NJB 1997, p. 1607, nr. 123). Hierin overwoog de Raad dat de vervolgingsbevoegdheid ex artikel 167, eerste lid, Sv niet in het algemeen en zonder toereikende nadere instructies aan andere functionarissen mag worden gemandateerd. In het onderhavige geval echter was binnen het betreffende parket een uitgebreide handleiding vastgesteld waarin een aantal belangrijke voorwaarden en beperkingen omtrent de bevoegdheidsuitoefening door parketsecretarissen waren opgenomen. In dit licht bezien oordeelde de Hoge Raad dat de omstandigheid dat de beslissing tot het uitbrengen van de dagvaarding niet door de officier van justitie zelf was genomen, niet diende te leiden tot niet-ontvankelijkheid van het OM.
De in de systematiek geldende hoofdregel impliceert derhalve dat binnen het parket zorgvuldig moet worden nagegaan of de uitoefening van bevoegdheden waarvoor mandaat niet door wet of algemene maatregel van bestuur wordt uitgesloten, daadwerkelijk aan anderen moet[en] worden opgedragen en zo ja, welke voorwaarden daaraan moeten worden gesteld. De ter zake geldende richtlijnen behoeven conform het nieuwe artikel 126, eerste lid, Wet RO de goedkeuring van het hoofd van het parket. Zij zullen op een zodanige wijze moeten worden vastgesteld dat voor een ieder binnen het parket duidelijk is waaraan hij zich heeft te houden. Vervolgens zal binnen het parket erop moeten worden toegezien dat de richtlijnen ook worden nageleefd. Overigens is het – zoals ook al in de toelichting op het wetsvoorstel is aangegeven – niet uitgesloten dat niet alleen op parkets-niveau, maar ook door het College algemene richtlijnen terzake van mandaat van bepaalde bevoegdheden wordt gegeven.
De praktijk zal zich langs de hiervoor besproken uitgangspunten verder moeten ontwikkelen. De wet blijft daarvoor een relevant toetsingskader. In de gevallen waarin mandaat krachtens de wet of de onderhavige algemene maatregel van bestuur niet is uitgesloten, blijft de algemene regel van het nieuwe artikel 126, derde lid, Wet RO van toepassing. Dit heeft tot gevolg dat buiten de uitdrukkelijk opgesomde gevallen in bijzondere situaties mandaat niettemin kan zijn uitgesloten indien de regeling waarop de bevoegdheid steunt of de aard van de bevoegdheid zich daartegen verzet. Deze regel kan ook van toepassing zijn in het geval ten onrechte is nagelaten aan het mandaat nadere voorwaarden te verbinden. In een aantal gevallen zal moeten worden aangenomen dat de aard van de bevoegdheid zich tegen een dergelijke open mandaatverlening verzet.
Voorts is mandaat uiteraard niet toegestaan indien in het concrete geval blijkt dat niet aan andere in de wet opgenomen voorwaarden is voldaan. Dit is het geval als de krachtens artikel 126, eerste lid, vereiste toestemming van het hoofd van het parket ontbreekt of er gemandateerd is aan andere personen dan in die bepaling genoemd. Dit laatste is alleen toegestaan indien een bijzondere wet daarvoor een toereikende basis biedt. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het Centraal Justitieel Incassobureau dat onder meer op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften bevoegdheden namens het OM uitoefent. Genoemde wet en de daarop gebaseerde besluiten voorzien in een zodanige bevoegdheidsuitoefening.
Tegen de achtergrond van de algemene gedachtevorming omtrent mandaatverlening, zoals hiervoor is uiteengezet, kan in artikel 2 volstaan worden met de opsomming van een beperkt aantal categorieën van gevallen waarin mandaat in absolute zin wordt uitgesloten. Bij het bepalen van de gevallen die voor een dergelijke algehele uitsluiting in aanmerking komen, is uitgegaan van de criteria die in de toelichting op het wetsvoorstel zijn verwoord. In overeenstemming hiermee dient het te gaan om bevoegdheden die gezien de bijzondere relatie tussen de zittende en de staande magistratuur of het zeer ingrijpende karakter van de betreffende bevoegdheid, zo zeer verbonden is aan de rechterlijke ambtenaren van het OM, dat aan het gezag van het OM afbreuk zou worden gedaan als mandatering daarvan zou worden toegestaan.”

3.5. Het hiervoor weergegeven stelsel houdt in dat in de in art. 126, derde lid, RO en in art. 2 Besluit reorganisatie openbaar ministerie en instelling landelijk parket aangeduide gevallen mandatering door de officier van justitie aan een andere bij het parket werkzame ambtenaar is uitgesloten. Voor het overige geldt dat mandatering is uitgesloten indien de regeling waarop de bevoegdheid steunt of de aard van de bevoegdheid zich daartegen verzet.

3.6.1. In de genoemde bepalingen en in de regeling waarop de onderhavige bevoegdheid tot inhouding van het rijbewijs steunt, is geen verbod tot mandaat opgenomen. Daarmee rijst de vraag of de aard van de bevoegdheid zich tegen mandaat verzet.

3.6.2. De inhouding van het rijbewijs betekent dat de betrokkene voorshands, met directe ingang en voor een bepaalde periode, niet meer aan het wegverkeer mag deelnemen voorzover voor die deelneming een rijbewijs is vereist. Dit kan ernstige gevolgen hebben voor iemands professionele werkzaamheden en zijn privé-leven. Gelet daarop gaat het bij de beslissing tot inhouding van het rijbewijs om toepassing van een zodanig ingrijpende bevoegdheid, dat de aard van die bevoegdheid zich verzet tegen uitoefening daarvan door een ander dan de officier van justitie. Het dienovereenkomstige oordeel van de Rechtbank is dus juist.”

Het is daarom erg belangrijk dat zorgvuldig wordt gecontroleerd wie nu de beslissing tot inhouding van het rijbewijs heeft genomen. Bij twijfel is ons advies om hier altijd verweer op te voeren, maar dit dient wel goed te worden onderbouwd. 


Klaagschrift indienen tegen invordering of inhouding rijbewijs

Geplaatst op: 03 augustus 2012

Wanneer uw rijbewijs door de politie in beslag is genomen (juridisch heet dit: “ingevorderd”), dan kunt u proberen om het rijbewijs snel weer terug te krijgen door een klaagschrift tegen de invordering of inhouding in te dienen bij de rechtbank. Met name bij snelheidsovertredingen maakt u en goede kans om het rijbewijs weer terug te krijgen.


Zo kreeg ook een accounant zijn rijbewijs terug die 64 km/u te hard had gereden op een autoweg waar slechts 100 km/u was toegestaan. Het was de eerste (forse) snelheidsovertreding van de man, die ook zijn rijbewijs nodig had voor zijn werk. De rechter hield rekening met deze persoonlijke omstandigheden, en verklaarde het klaagschrift gegrond. De rechter overwoog daarbij:

“Maatstaf bij de beoordeling van het onderhavige klaagschrift is allereerst of in dit geval het rijbewijs terecht is ingevorderd en ingehouden, voorts of het voortduren van de inhouding terecht is.

Het rijbewijs van klager is naar het oordeel van de rechtbank gelet op het bepaalde in artikel 164 WVW op goede gronden ingevorderd, nu moet worden aangenomen dat hij de maximumsnelheid heeft overschreden met 50 kilometer per uur of meer, namelijk met 64 kilometer per uur waar een maximumsnelheid van 100 kilometer per uur gold.

Vervolgens heeft de officier gelet op het bepaalde in lid 4 van artikel 164 WVW op goede gronden het rijbewijs ingehouden nu ernstig rekening moet worden gehouden met de mogelijkheid dat klager zich opnieuw zal schuldig maken aan ernstig gevaarlijk verkeersgedrag, gelet op het onverantwoorde rijgedrag van klager.

De rechtbank is echter van oordeel dat ernstig rekening moet worden gehouden met de mogelijkheid dat aan klager in geval van veroordeling geen langere onvoorwaardelijke ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen zal worden opgelegd, dan voor de duur dat klagers rijbewijs thans ingehouden is geweest.
Daarbij is van belang dat klager niet eerder is veroordeeld (voor een overtreding van de WVW) terwijl klager voor het uitoefenen van zijn werkzaamheden als accountant zijn rijbewijs nodig heeft.”

Uitspraak: rechtbank Utrecht, 10 oktober 2011, LJN BT9007

> Meer informatie klaagschrift na te hard rijden

Klaagschrift voor € 475,00

Wij kunnen voor u al een klaagschrift opstellen voor € 475,00. U krijgt daarvoor een uitgebreid klaagschrift waarmee u een grote kans hebt om het rijbewijs terug te krijgen.

> Klaagschrift voor € 475,00


Geen schadevergoeding ondanks vrijspraak rijden onder invloed van drugs

Geplaatst op: 03 augustus 2012

Niet in alle gevallen kent de rechtbank schadevergoeding toe aan de bestuurder die zijn vrijgesproken voor rijden onder invloed van drugs. De wet stelt namelijk als voorwaarde dat er gronden van billijkheid moeten zijn voor de toekenning van schadevergoeding. Onder omstandigheden kan de schadevergoeding op die grond worden geweigerd.


Dit speelde onder meer in een uitspraak van het gerechtshof Arnhem, van 5 januari 2012, LJN BV3732. Een man was door de politie aangehouden na zeer associaal en verkeersgevaalijk rijgedrag. Het gedrag van de man en de uiterlijke kenmerken van het gedrag duidden op het gebruik van drugs. De man verklaarde echter dat hij weinig had gegeten en medicijnen had ingenomen.

GHB

In het bloed van de man werd echter GHB aangetroffen. De man had echter verklaard dat hij de GHB had ingenomen tussen het moment van aanhouding en zijn aankomst op het politiebureau, en dat hij dus niet onder invloed van drugs heeft gereden. Dit kon dan ook niet worden bewezen, zodat het gerechtshof hem vrij moest spreken.

Schadevergoeding ging het gerechtshof echter te ver. Volgens het hof had de man de verdenking van rijden onder invloed over zichzelf afgeroepen door de GHB na de aanhouding door de politie in te nemen. Het hof overwoog:

“Het hof acht geen gronden van billijkheid aanwezig voor toekenning van de gevraagde vergoeding. Het rijbewijs van appellant is – kort samengevat – op 24 mei 2010 ingevorderd en vervolgens ingehouden nadat hij was aangehouden op verdenking van het rijden onder invloed. Ten tijde van de overtreding heeft een getuige melding gemaakt van zeer asociaal en verkeersgevaarlijk rijgedrag door een bestuurder die later appellant bleek te zijn. Het gedrag van appellant en de uiterlijke kenmerken van het gedrag van appellant die duidden op het gebruik van drugs, hebben geleid tot de aanhouding van appellant op verdenking van het rijden onder invloed. Appellant heeft aanvankelijk verklaard dat hij weinig had gegeten die dag en een aantal medicijnen had ingenomen. Bij appellant is die dag tevens GHB aangetroffen. Appellant heeft later verklaard dat hij ook GHB had ingenomen maar dat hij dat heeft gedaan nadat hij was aangehouden door de politie. Bij de behandeling van het verzoekschrift in hoger beroep heeft appellant herhaald dat hij GHB pas heeft gebruikt tussen zijn aanhouding en de binnenkomst in het politiebureau. Wat daar ook van zij, met de rechtbank en de advocaat-generaal is het hof van oordeel dat appellant het aan zichzelf heeft te wijten dat op hem de verdenking wegens rijden onder invloed is komen te rusten en hij heeft daarmee de invordering en inhouding van het rijbewijs over zichzelf afgeroepen. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.”

De man werd dus niet veroordeeld, maar ook een schadevergoeding voor het moeten missen van het rijbewijs gedurende de tijd dat deze door de Officier van Justitie was ingehouden, zat er niet in voor de man.

In veel andere gevallen hebt u bij vrijspraak of sepot wel recht op schadevergoeding. Bent u recentelijk vrijgesproken of is de strafzaak geseponeerd, meld uw zaak dan bij ons aan via www.schadevergoedingnavrijspraak.nl


Schadevergoeding na onterechte inhouding rijbewijs

Geplaatst op: 02 augustus 2012

Wat veel mensen niet weten is dat zij recht hebben op schadevergoeding wanneer – achteraf bezien – de Officier van Justitie ten onrechte het rijbewijs heeft ingehouden.Voorwaarde voor schadevergoeding te krijgen is dat de strafzaak is geeindigd door een vrijspraak, ontslag van rechtsvervolging of door een (politie)sepot.


Artikel 164 lid 9 WVW bepaalt dienaangaande:

“Indien de zaak eindigt zonder oplegging van straf of maatregel of met zodanige oplegging, doch op grond van een feit waarvoor de toepassing van het eerste of vierde lid niet is toegelaten, kan de rechter op verzoek van de gewezen verdachte hem een vergoeding ten laste van de Staat toekennen voor de schade die hij ten gevolge van die toepassing heeft geleden. Onder schade is begrepen het nadeel dat niet in vermogensschade bestaat. De artikelen 89, derde tot en met zesde lid , 90 , 91 en 93 van het Wetboek van Strafvordering zijn van overeenkomstige toepassing.”

Schadevordering

In alle gevallen kunt u aanspraak maken op een standaardvergoeding van € 10,00 voor iedere dag dat u uw rijbewijs hebt moeten missen. Deze vergoeding dient ter compensatie van uw immateriele schade. Soms kan geprobeerd worden om een hogere vergoeding per dag te vorderen, maar rechters wijzen dit niet snel toe.

Daarnaast hebt u recht op vergoeding van uw vermogensschade. Het gaat om de werkelijke schade die is geleden door het gemis van uw rijbewijs. U moet hierbij onder meer denken aan gederfde inkomsten of extra gemaakte kosten.

Voorts komt voor vergoeding in aanmerking de kosten van rechtsbijstand, de tijd die u kwijt bent geweest in verband met de behandeling van uw strafzaak ter terechtzitting, uw reiskosten.


Enkele voorbeelden in de rechtspraak

In de jurisprudentie komen we een aantal uitspraken tegen waarbij schadevergoeding is toegekend aan de gewezen verdachte omdat hij enige tijd niet kon beschikken over zijn rijbewijs.

O.a.
LJN: BN2961, Rechtbank ‘s-Hertogenbosch, 30 juli 2010
Vergoeding van een bedrag van € 4849,73, waaronder een bedrag van € 440,00 wegens immateriele schade, en € 3.268,13 wegens gemaakte kosten voor het inschakelen van een ander transportbedrijf

Rechtsbijstand

Het is raadzaam om u ook voor het indienen van een verzoekschrift tot het verkrijgen van schadevergoeding te laten bijstaan door een gespecialiseerde advocaat. Hij kan u vertellen voor welke schadeposten u mogelijk vergoeding kan vorderen en ook kan hij het verzoekschrift voor u indienen. Dit moet wel binnen 3 maanden na het einde van de zaak gebeuren, dus haast is geboden!


Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden